Na al die (overigens uitstekende) dialectwoordenboeken wordt het ook eens tijd voor wat anders. “Veldeke Hasselt vzw”, vereniging ter bescherming, behoud en promotie van het Hasselts, geeft de “Grammèèr van ’t (H)essels” (auteur: Marco Clerinx m.m.v. Xavier Staelens) uit.
Een grammatica van een taal schrijven is al een monnikenwerk, maar die van een dialect is omwille van de talrijke klankveranderingen en grammaticale onvoorspelbaarheden nog veel ingewikkelder.
Deze grammatica kan, na de “Klankleer van het Hasseltsch dialect” (L.Grootaers & J.Grauls, 1930), en de “Dieksjenèèr van ‘t (H)essels” (X.Staelens, 1982), als het derde luik van een triptiek over het Hasselts dialect beschouwd worden. Het boek volgt het klassieke patroon van de behandeling der afzonderlijke woordsoorten. Het scherpe oog voor de fijne nuance, waarbij uitzonderingen veel aandacht krijgen, dwingt bewondering af. De regels worden met overvloedige voorbeelden geïllustreerd. Deze moeilijke materie, waarbij o.m. het onderscheid tussen sleep- en stoottoon een belangrijke rol speelt, wordt hier op wetenschappelijk verantwoorde manier behandeld.
Een van de grote pluspunten van deze grammatica is nog de vlotte leesbaarheid dankzij de talrijke voorbeelden die het geheel verlevendigen.
En last but not least, een van de grootste verdiensten van dit werk is de uitvoerige en gedetailleerde behandeling van de syntaxis.